Kattenogen zijn ongelooflijk. Ze zien er niet alleen mooi uit en zijn bijna hypnotiserend, maar ze stellen katten ook in staat om bij zeer weinig licht te zien, hoewel het een mythe is dat katten in totale duisternis kunnen zien. Omdat hun pupillen sneller reageren op een verandering in de lichtomstandigheden, kunnen ze zich ook beter aanpassen aan plotselinge lichtveranderingen dan mensen.
Qua uiterlijk kunnen kattenogen blauw, groen, geel, bruin of een combinatie van deze kleuren zijn. Zelden zien we zelfs katten met twee verschillend gekleurde ogen, een aandoening die bekend staat als heterochromie. Hoewel de exacte oorzaak van heterochromie onbekend is, betekent dit dat melanine slechts aan één oog wordt afgegeven en niet aan het andere, en het wordt meestal gevonden bij witte katten of katten die op zijn minst wat wit op hun lichaam hebben.
Interessant genoeg is een witte kat met heterochromie waarschijnlijk doof in het oor aan dezelfde kant van het hoofd als het blauwe oog.
Kattenoogkleur
Alle kittens worden geboren met blauwe ogen en hun oogkleur verandert alleen naarmate ze ouder worden. Melanine wordt langzaam afgegeven aan de irissen naarmate ze ouder worden: een proces dat meestal begint na ongeveer acht weken en kan doorgaan tot ze drie maanden oud zijn. Zodra uw kat deze leeftijd heeft bereikt, zou hij zijn oogkleur volledig moeten hebben ontwikkeld en dit is de kleur die hij zal behouden.
Kattenogen zijn er in talloze kleuren, van blauw tot bruin en geel tot amber.
Verschillende gekleurde ogen
Heel af en toe zien we katten met twee verschillend gekleurde ogen. Dit wordt het meest gezien bij witte katten. Witte katten hebben het epistatische gen, dat de witte vachtkleur produceert, of een wit spotting-gen, dat meestal een tweekleurige vacht veroorzaakt die ook wit bevat. In beide gevallen voorkomt het gen dat het melaninepigment hun vacht bereikt, waardoor ze hun kenmerkende witte vacht krijgen. Deze zelfde genen voorkomen ook dat melanine de ogen bereikt. Dit betekent dat een of beide ogen niet veranderen van de originele blauwe kleur.
Veroorzaakt heterochromie problemen?
Heterochromie heeft op geen enkele manier invloed op het gezichtsvermogen van een kat en zal er niet voor zorgen dat een kat zichtproblemen krijgt of doof wordt. Omdat het het vaakst voorkomt bij witte katten, kan een kat met vreemdgekleurde ogen doof zijn, omdat aangeboren doofheid wordt geassocieerd met dezelfde genen die de witte vachtkleur veroorzaken, maar het is niet het resultaat van oogkleur.
Ongeveer 10% van de witte katten zonder blauwe ogen wordt doof geboren, terwijl 40% van de katten met één blauw oog doof is in ten minste één oor. Dit aantal stijgt sterk voor katten met twee blauwe ogen: ongeveer 80% zal doof zijn aan één of beide oren.
Waarom hebben sommige katten twee verschillend gekleurde ogen?
Katten zijn er in veel verschillende soorten en maten, waaronder ogen met verschillende kleuren. Kittens worden geboren met blauwe ogen, maar naarmate ze ouder worden, verspreidt melanine zich in de irissen, waardoor de kleur van het oorspronkelijke blauw verandert in verschillende tinten geel, groen, bruin en oranje.
Hetzelfde gen dat ervoor zorgt dat witte katten hun witte vacht hebben, kan echter ook voorkomen dat kleurpigmentatie hun ogen bereikt. In sommige gevallen kan het pigment zich naar het ene oog verspreiden, maar niet naar het andere, waardoor de kat twee ogen met verschillende kleuren heeft. De aandoening is niet gevaarlijk en heeft geen invloed op het gezichtsvermogen van de kat, maar hetzelfde gen dat de kat zijn witte vacht en ongebruikelijke ogen geeft, kan ook aangeboren doofheid veroorzaken.
