De pupillen van dieren, inclusief mensen, zijn er in verschillende vormen, maar er zijn er maar weinig die vreemder lijken dan de horizontale rechthoekige pupillen van geiten.
Geiten hebben deze vreemde pupilvorm ontwikkeld om roofdieren beter te kunnen zien terwijl ze aan het grazen zijn. Hun vermogen om gevaar te herkennen wordt verder versterkt door de locatie van hun ogen. Andere prooidieren hebben soortgelijke pupillen, terwijl roofdieren pupillen kunnen hebben die cirkels, verticale spleten of iets daartussenin kunnen zijn.
Elke diersoort heeft een pupilvorm die het best past bij zijn omgeving en gedrag. Laten we eens kijken waarom.
Waarom hebben sommige dieren horizontale pupillen?
Wetenschappers hebben verschillende pupilvormen geïdentificeerd. De meeste zijn gerelateerd aan de plaats van een dier in de voedselketen.
Geiten en andere grazende prooidieren hebben horizontale pupillen. Hun ogen bevinden zich ook vrij hoog aan de zijkanten van hun hoofd. De combinatie van deze eigenschappen helpt hen te zoeken naar stalkende roofdieren overal om hen heen terwijl ze met hun hoofd naar beneden gras eten. Hun zicht is meestal afgestemd op het spotten van objecten aan de horizon, hoewel hun overlappende gezichtsveld minimaal is. In plaats daarvan vertrouwen ze meer op zoveel mogelijk kijken; de plaatsing van hun ogen en de vorm van hun pupillen geven hen een gezichtsveld van ongeveer 320-340 graden. Dit wordt ook wel een panoramisch uitzicht genoemd.
We zien vaak de vreemde pupillen van een geit, maar ze zijn niet uniek. Andere grasetende prooidieren hebben vergelijkbare ogen, alleen zie je ze misschien niet zo goed omdat hun irissen donkerder kunnen zijn.
Paarden hebben ze, net als schapen, herten en antilopen. Veel van deze dieren hebben een blinde vlek direct achter hun kop. Hun instinct om in kuddes te blijven helpt hen dit probleem te overwinnen, aangezien er altijd minstens één dier op de uitkijk staat voor roofdieren.
Waarom hebben roofdieren verticale pupillen?
Roofdieren, vooral roofdieren uit een hinderlaag zoals katten en vossen, hebben verticale spleetpupillen. Ze hebben meestal ook een binoculair zicht, wat betekent dat hun ogen naar het midden van hun hoofd zijn gericht en dat hun gezichtsveld veel overlapt tussen beide ogen. Dit type pupilvorm en oogplaatsing helpt roofdieren de afstand tussen zichzelf en hun prooi te bepalen.
Zoals we bij huiskatten zien, kunnen hun pupillen rond en groot worden in het donker, zodat ze beter kunnen zien bij weinig licht.
Sommige dieren, en wij mensen, hebben pupillen die de hele tijd rond zijn.
Conclusie
De pupilvorm van een dier wordt grotendeels bepaald door de manier waarop het voedsel verwerft. Roofzuchtige dieren hebben meestal ogen met ronde of verticaal gespleten pupillen en binoculair zicht met veel overlappende gezichtsvelden tussen beide ogen. Prooidieren hebben vaak ogen met rechthoekige horizontale pupillen en zeer lage gezichtsveldoverlappingen, maar een beter zicht om de omgeving om hen heen te peilen op roofdieren.
De volgende keer dat je de ogen van een geit ziet, bedenk dan dat ze zijn ontworpen om ze veilig te houden tijdens het zoeken naar voedsel. Om dezelfde reden delen ze dit oogtype met andere prooidieren zoals schapen.